Voor het eiwit is het het beste als je de eieren de dag voor je ze gaat gebruiken al splitst en bewaar deze in een bakje op kamertemperatuur (dek wel af) Je kunt ze ook nog ouder gebruiken (dit schijnt het makkelijker te maken om de macarons goed te krijgen) In dat geval is het beter om ze in de koeling te bewaren.
In een Kitchen Aid of vergelijkbaar klop je de eiwitten tot een schuim. Voeg hier geleidelijk de suiker aan toe tot je een glanzend eiwit hebt. Klop het niet te lang want dan wordt het droog.
Zeef je amandelmeel om klontjes te verwijderen. Voeg poedersuiker en amandelmeel samen en haal dit eventueel samen nog een keer door een zeef.
Vouw het mengsel voorzichtig door je eiwit tot je een mengsel hebt dat vloeit zoals lava en dikke linten maakt. Niet meer dan 50 keer omvouwen!
Test op een bord. Als de top afvlakt zonder dat je er iets aan hoeft te doen is je beslag goed. Blijft het een beetje omhoog staan dan vouw je het nog een paar keer om.
Vul een spuitzak met gladde punt met het beslag en spuit hiermee kleine rondjes van ongeveer 2-5 cm in diameter op bakpapier of een siliconen mat.
Laat de macarons staan voor ongeveer 30 minuten tot een uur tot de bovenkant een beetje uitdroogt.
Verwarm de oven voor op 140˚C. Bak ze 15-20 minuten
Laat volledig afkoelen voor je ze van het bakpapier haalt.