Haal 5 plakjes bladerdeeg uit de vriezer en laat deze ontdooien.
Bestrooi het aanrecht met bloem (nodig om zo dadelijk het deeg op uit te rollen)
Leg de ontdooide plakjes bladerdeeg op elkaar en rol uit met de deegroller (het nieuwe deeg moet weer ongeveer net zo dik worden als één plakje dat je hebt gebruikt)
Steek met een vorm rondjes uit de grote plak bladerdeeg. Probeer zo min mogelijk te verspillen.
Meng de vanillesuiker met de kaneelpoeder, kardemompoeder en de limoenrasp in een bakje.
Haal de bloem van het aanrecht en strooi hier een bergje suiker op. Wij hebben eerst de suiker met kaneel en vanille gemengd voor een extra smaakje.
Haal de bladerdeeg rondjes aan beide kanten door de suiker en rol met de deegroller de suiker even zachtjes vast in het deeg.
Leg de besuikerde deegrondjes op een bakplaat (ingevet of met bakpapier) en laat het deeg een minuut of 20 tot 25 rusten. Hierdoor worden de koekjes straks nog krokanter.
Verwarm de oven voor op 180 graden en schuif hierna de bakplaat in de oven.
Bak de koekjes in ca 25 minuten mooi bruin en zorg ervoor dat de suiker mooi gekarameliseerd is.