Verhit de oven voor op 220 C. Giet 1,5 dl kokend water over de geraspte kokos en zet opzij om te laten wellen.
Doe de zoete aardappel in een braadslee met een flinke snuf zout en peper en strooi er de komijn en venkelzaad overheen en besprenkel met olie. Rooster de aardappelen 20-25 minuten in de oven tot ze gaar zijn en zacht in het midden en krokant aan de buitenkant.
Smoor voor de dal in een grote pan knoflook, gember, chilipeper en rode ui in een minuut of tien tot de uien zacht en glazig zijn.
Wrijf komijn en korianderzaad in een vijzel met een stamper fijn en doe ze in de pan met ui met de overige specerijen en bak alles een paar minuten tot ze flink geuren. Roer de linzen, kokosmelk en bouillon door het ui-specerijenmengsel en breng het tegen de kook. Draai het vuur lager en laat de linzen 25-30 minuten zachtjes pruttelen.
Maak intussen de chutney. Laat het kokos uitlekken en doe het in een kom. Bak het mosterdzaad en de kerrieblaadjes in een beetje olie tot het zaad gaat springen en giet het oliemengsel over de kokos. Voeg zout en peper naar smaak toe en roer tot slot de gember en de chilipeper erdoor.
Neem de dal van het vuur, roer de spinazie erdoor en laat hem iets slinken, roer dan de helft van de gesneden koriander en het citroensap door de dal. Schep een portie in diepe borden met daarop de krokante zoete aardappel, een paar lepels kokoschutney en de overgebleven koriander. Ik geef er geroosterde chapati of roti bij, en als je veel trek hebt is gekookte bruine basmatirijst ook erg lekker